IVN Vecht & Plassengebied - Kennis der Natuur



Excursies | Vogels | Vleermuizen | Natuurgebieden | Groencursus | Natuurgidsencursus | Organisatie | IVN Vecht & Plassengebied

Fotoboek | Natuurkrant | Vogelreis Falsterbo | Waterkwaliteit | Virtuele excursie Gunterstein | Poelenwerkgroep het Gooi


Watersnip (Gallinago Gallinago)

Watersnip (Gallinago Gallinago)
Klik op de foto voor een groter exemplaar


 

Geluid:

© ETI BioInformatics, SoortenBank.nl

Herkenning: L 26 cm.

Biotoop: drassige weilanden en ondiepe moerassen

Broedgebied: -

Komt in Nederland voor als: Jaarvogel. De in Nederland broedende watersnippen zijn trekvogels die in Zuid-Engeland en Zuidwest-Europa overwinteren. Andere watersnippen uit het noorden overwinteren hier.

Bedreigd of niet? Rond 1990 werd de Nederlandse broedpopulatie geschat op niet meer dan 2400 tot 3100 broedparen. Deze vogelsoort is in grote delen van Nederland intussen een zeldzame broedvogel geworden. Vergeleken met de jaren zestig is de soort afgenomen met 50% tot 75%, vermoedelijk zelfs meer. De watersnip staat dan ook op de Rode Lijst omdat zowel het aantal broedparen als de verspreiding duidelijk is afgenomen. De voornaamste oorzaken voor de afname van de watersnip zijn de intensivering van het agrarisch gebruik van de veenweidegronden in het westen en de ontginning van de hoogvenen in het oosten des lands. Ontwatering, overmatig gebruik van kunstmest, een hoge veebezetting en het verdwijnen van lage, modderige slootkanten zijn daarbij de grootste boosdoeners. Alleen bij een sterk aangepast beheer kan de watersnip in het Hollandse cultuurlandschap overleven. De beste kansen heeft de soort op zompige veengraslanden met een geringe veebezetting; een combinatie die vooral gevonden wordt in weidevogelreservaten en relatienotagebieden met een matig tot zwaar beheerspakket. Als de boer volledig uit beeld verdwijnt, wordt het er voor de snip niet beter op; de verruiging die dan in de voormalige graslanden optreedt, leidt eveneens tot het verdwijnen van het specifieke broedbiotoop. Samenwerking tussen boeren, natuurbeschermers en de overheid is dus onontbeerlijk voor het behoud van de watersnip. De ontgonnen Brabantse en Limburgse hoogveengebieden moeten het voorgoed zonder watersnippen stellen. Alleen in de resterende veenreservaten kan de soort hier voortbestaan, mits deze niet verder versnipperd en ontwaterd raken.

Aantal broedparen in Nederland: 4.000-5.000 broedparen (1987)

Verspreiding in Nederland (1979):


Atlas van de Nederlandse Broedvogels,
Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland

Procentuele ontwikkeling van de Watersnip in Nederland:


Sovon & CBS, 1998